Uitgangspunten:
Voordat dit rapport in wil gaan op de specifieke onderzochte bomen wil de schrijver graag de boomtechnische uitgangspunten aangeven. Dit omdat hier mogelijk onduidelijkheden over zijn. Deze informatie komt uit de boomtechnische vakliteratuur met name uit de diverse stadsbomen vademecums die worden uitgegeven door IPC groene Ruimte.
1) Afhankelijk van de soort boom leven boomwortels in samenwerking met bodemschimmels. De Schimmeldraden nemen vocht op, geven dit aan de boomwortels en krijgen hiervoor in ruil suikers van de boom terug.
2) Successie boomsoorten zoals beuken zijn het meest afhankelijk van deze schimmels (c.a. 80% opnamecapaciteit), eiken wat minder en pionierssoorten zoals wilg els berk etc. zijn nauwelijks afhankelijk van bodemschimmels.
3) Bodemschimmels hebben een goed ontwaterende luchtige open bodem nodig wat van boven een mulchlaag bezit bestaande uit verterend organisch materiaal (afgevallen blad).
4) In een (intensief gemaaid) gazon is er onvoldoende omzetting van organische stof en bovendien werkt een gazon samen met bodembacteriën die op hun beurt de voor de bomen benodigde bodemschimmels verdrijven.
5) Wanneer er met (zwaar) materieel (auto’s, vrachtwagens, trekkers, shovels en zelfs volle kruiwagens onder natte omstandigheden) over een bodem wordt gereden drukt de bodem samen en gaat de luchtigheid er uit.
6) Boomwortels en het bodemleven heeft zuurstof nodig. Bestrating of ophoging van de bodem heeft tot gevolg dat er te weinig zuurstof kan toetreden in de bodem.
7) Boomwortels reiken ver. Er moet bij een gemiddelde boom gerekend worden dat de opname-wortels zich bevinden aan de buitenzijde van de kroon. Dus zo breed als de kroon van een boom is zo breed zullen de wortels groeien. Het is dus niet zinvol om evt. groeiplaats maatregelen alleen rondom de stam te nemen, dit werkt alleen als dit aan de buitenzijde van de kroonprojectie wordt toegepast.
8) Een boom wortelt meestal tussen de 0,5 en 1,5 cm diep.
9) Een boom heeft 1 m3 grond per levensjaar nodig (dus een boom van 76 jaar oud heeft 76m3 goede grond nodig, en een boom kan slechts 100 jaar oud worden als er 100m3 grond ter beschikking is voor deze boom).
10) In beginsel wordt een gezonde boom er niet beter van om deze te snoeien. Van een snoei tot 20% van de bladmassa kan een gezonde boom in beginsel wel goed herstellen. Zwaardere snoei heeft wortelsterfte en houtrot tot gevolg.
11) Het oud worden van een boom gaat heel langzaam. Een volwassen of oude boom kan zich niet binnen enkele jaren aanpassen aan snel veranderende (groeiplaats) omstandigheden.